Een hamster is een klein op een muis lijkend diertje, maar hij is plomper en langzamer dan een muis, zachter en weker dan een cavia of rat, en staat geregeld op zijn achterpoten. Zijn lichaam is kort en breed. Hij is ongeveer 7-12 cm lang. De ronde kop heeft een brede, stompe snuit. De ogen zijn groot en bolvormig. Een hamster heeft wangzakken, waar hij eten mee vervoert. De voor- en achterpoten zijn in verhouding tot het lichaam erg kort. Een hamster heeft een staartje dat ongeveer een centimeter lang is.  Hamsters zijn knaagdieren. 

Een knaagdier is een dier dat veel knaagt. Knaagdieren zijn zoogdieren. De tanden van knaagdieren blijven alsmaar door groeien en daarom is het knagen ook erg belangrijk, om hun tanden af te slijpen. Knaagdieren zijn over het algemeen klein. Het grootste knaagdier is de capibara uit Zuid-Amerika. Veel knaagdieren worden als huisdier gehouden, zoals de cavia en de hamster. Konijnen en dwergkonijnen zijn geen knaagdieren, ook al denken de meeste mensen van wel. Konijnen en hazen zijn namelijk haasachtigen, ze zijn wel nauw verwant aan knaagdieren.

Hamsters kunnen verschillende kleuren vacht hebben. De vacht van een hamster is zo zacht als fluweel. Je hebt ook hamsters met een helemaal witte vacht. Die hebben ook rode ogen. Dat zijn albinohamsters. De andere hamsters hebben zwarte of donkerblauwe ogen. Hamsters hebben in tegenstelling tot een muis een korte, roze staart. Hamsters hebben ook snorharen. Daarmee voelen ze aan dingen als het donker is. Daardoor weten ze wat het is.